Na een aantal dagen Seminyak hebben we het wel een beetje gezien, en pakken we onze biezen om samen Marc’s zusje Renée en twee vrienden van haar naar Ubud te vertrekken. Het culturele hart van Bali. Organic food en yoga staan hier centraal. Wij gingen op onderzoek uit, waar moet je zijn in Ubud?

  1. Locavore

IMG_6550

Dit highclass restaurant mag niet achter blijven. Lees hier meer. Voor een echte culinaire ervaring in het relaxte Ubud mag Locavore zeker niet ontbreken.

 

  1. Café Wayan
IMG_6405

Nasi Campur

IMG_6408

Nasi Goreng

Een begrip in Ubud, en dan ook in elke reisgids te vinden. Een hidden gem kun je het dus niet bepaald noemen, maar daar is ook reden genoeg voor. De entree ligt aan Monkeyforest Road, het lijkt niet groot maar als je de eerste tafels voorbij loopt blijkt hier een enorme prachtige tuin te ligggen met allemaal kleine paviljoentjes waarin je heel relaxed kunt lunchen of dineren. De kaart is uitgebreid en vooral voorzien van lokale gerechten. Twee gerechten spreken ons meteen aan, de Nasi Campur en de Nasi Goreng, twee veel voorkomende gerechten op Bali. Overal ziet de Nasi er weer anders uit. Even wat achtergrond informatie; Nasi Campur is een gerecht met witte rijst en allerlei soorten bijgerechten. Meestal voorzien van saté, sambal goreng telor (ei), groenten, een curry, voldoende sambal, pinda’s met kokos en tempé. De Nasi Goreng is Marc’s favoriet. Het betekent letterlijk “fried rice” Als je geluk hebt zit ook hier Saté Ayam (kip) en een gebakken ei bij. Bij Café Wayan zijn de porties zeer royaal en is het eigenlijk meer te vergelijken met een uitgebreide rijsttafel. Ontzettend leuk om op deze manier allerlei specialiteiten van het land te proberen. De gerechten kosten tussen de € 4-6,-. Allemaal heel erg lekker, maar de rijsttafel van mama (Karin) en oma doen hier zeker niet voor onder.

  1. Hotel Swan Inn
IMG_6440

Uitzicht vanuit onze kamer in Swan Inn

Enigszins oververhit stappen we uit de taxi bij aankomst in Ubud. De backpacks zijn zwaar en het kwik stijgt naar 35 graden. We zien een wat verouderd bordje van ons verblijf in Ubud. Het bordje vertelt ons Hot Water en AC rooms. We slaan een nauw steegje in en gaan opzoek naar ons hotel. Waar zijn we aan begonnen… De drukte van Monkey Forest Road laten we achter ons en al snel komen we in een oase van rust. Het hotel ligt in een prachtige tuin waar her en der een bungalowtje staat. Het voordeel van Bali in het regenseizoen is dat alles volop in bloei staat. En laten we eerlijk zijn de afgelopen twee weken hebben we maar liefst 20 minuten regen gehad… Dus laat je je daar vooral niet door tegenhouden om in het regenseizoen naar Bali te komen. Samen met Renée, Carol-Ann en Steven checken we in. Wij hebben de deluxe kamer, deze kijkt uit over de tuin en het zwembad en is net wat ruimer en oogt wat frisser. Renée heeft de standaard kamer, een authentiek Balinese bungalow met prachtige handgemaakte deuren. Iets kleiner en warmer maar zeker niet verkeerd. De rust die dit eenvoudige hotel ademt is prettig. Zodra je de deuren van je kamer ’s ochtends opslaat staat er iemand klaar om je bestelling voor het ontbijt op te nemen. De keuze is beperkt, omelet of pannenkoek, maar lekker. Het is heerlijk vertoeven op het balkon met een vers vruchtensapje.

 

  1. Ibu Oka

    IMG_6460

    Varken aan het spit

    IMG_6467

    Geheime kruidenmix

Inmiddels zijn er 3 vestigingen van het bekende restaurant Ibu Ocha. Hier draait het allemaal om het varken, Babi Gulung. De varkens worden hier gehouden en hebben hier een fijn leven. Het bijzondere aan dit lokale restaurant is dat alles van het varken gebruikt wordt. Er is dus gen afval. De varkens worden ter plaatse geslacht, gevuld met een geheime mix van specerijen en ingeolied. Vervolgens gaan ze 24 uur
aan het spit. Ze beginnen met een hoog en heet vuur, waarna de tempratuur langzaam afneemt. We mochten een kijkje nemen bij de ovens en in de stallen. Daar zagen we dat het personeel voortdurend bij het hete vuur zit om de varkens aan het spit te draaien. Een zware klus… Er staan verschillende bereidingen van het varken op de menukaart maar om een goede indruk te krijgen raden we je aan om de special te bestellen. Hierbij komen alle onderdelen van het varken aanbod. Het gerecht bestaat uit een bouillon getrokken van de botten, krokante huid, bloedworst, en drie bereidingen van het vlees.

 

 

  1. Restaurant Mamaya Bali

    image-4

    Wayan in actie

Tijdens een ritje met de scooter passeren we één van de vele koffieplantages die in de omgeving van Ubud liggen. Toch iets anders dan de andere, want deze is net nieuw. De tropisch tuin met alle specerijen is nog maar net aangelegd, en alles is dan ook nog niet volgroeid. Al snel raken we aan de praat met één van de medewerksters en haar man Wayan. De koffie en thee is zeker lekker, maar onze interesse gaat al snel uit naar Wayan die zijn verhaal verteld. Hij werkt in een restaurantje in Ubud en hij begint helemaal te glunderen als Marc vertelt dat hij ook chef is. Hij heeft niet vaak een internationale chef over vloer verteld hij. Hij nodigt ons dan ook uit om in het restaurant waar hij werkt te komen eten. Dus we gaan die avond op zoek naar het restaurant, samen met Mike, Michelle, Carol-Ann, Steven, Renée, Chloë  en Teun. (leuk zo’n reünie op Bali!) Het is een flinke wandeling vanuit het centrum, maar als we aankomen bij het restaurant staat er een mooie tafel voor ons gedekt in de kleine tuin. Op de kaart staan ook een aantal Chinese en Japanse gerechten maar onze voorkeur gaat uit naar de aanbevelingen van Chef Wayan, de Nasi Goreng en de Saté Ayam. Iets verlegen komt Wayan uit de keuken om de Saté bij onze tafel te grillen. Marc is zeer te spreken over de Saté en heeft sindsdien nog geen beter op Bali weten te krijgen. Ook de andere gerechten zijn heel erg lekker. Een verborgen plekje ver weg van de massa en alle complimenten aan chef Wayan voor de fantastische Saté.

Share: